C en D brevet

De belangrijkste eis voor het C-brevet is een uitgebreid theoretisch examen waarin getest wordt of de parachutist voldoende kennis heeft om zelfstandig en onder eigen verantwoordelijkheid parachutesprongen te maken. Naast dit examen dient er voor het C-brevet voldaan te worden aan een aantal praktijkeisen. De praktijkeisen moeten binnen 6 maanden na het examen behaald worden anders vervalt het resultaat van het theorie examen. Hiervoor is een takenlijst praktijkeisen C / D brevet beschikbaar. formulier praktijkeisen C-D brevet. Deze takenlijst hoeft niet te worden opgestuurd, wel het afgetekende aanvraagformulier

Het volledige opleidings- en examenreglement kun je via deze link downloaden. De lesstof voor het examen staat in het handboek sportparachutist. Indien de springer verder totaal ten minste 500 vrije val sprongen heeft en 3 uur vrije val tijd dan wordt automatisch het D-brevet verstrekt.

Een springer die al een C-brevet heeft en nadien aan deze twee extra praktijkeisen voldoet kan apart een D-brevet worden aanvragen. Hiervoor kan hetzelfde formulier praktijkeisen gebruikt worden. De kosten van het D-brevet moeten dan wel apart betaald worden. Dit kan alleen via deze link.

De C en de D brevetten hoeven niet jaarlijks verlengd te worden, ze zijn geldig zolang als de springer in het bezit is van een geldig lidmaatschap KNVvL afdeling parachutespringen. Dit brevet dient dus goed bewaard te worden. Met het C-brevet heb je weer wat meer bevoegdheden gekregen boven het B-brevet. Zo hoef je voor de meeste sprongen geen helm meer te dragen. Het D-brevet heb je nodig om tandemmaster, AFF jumpmaster of instructeur te kunnen worden.